Luchtvaart staat misschien wel per definitie voor vernieuwend en Innovatief. Het is letterlijk en figuurlijk een gevleugeld begrip sinds de mens voor het eerst het luchtruim koos, nog maar een krappe eeuw geleden. Noem een andere bedrijfstak, die zichzelf in zo'n relatief korte periode, in zo'n rap tempo ononderbroken heeft vernieuwd. Uiteindelijk is luchtvaart de motor van onze wereldeconomie geworden. Niet in de laatste plaats voor Nederland, waar KLM een netwerk rond Schiphol opbouwde, dat meer en meer door Schiphol lijkt te worden gekaapt met besluiten, die zonder enig overleg het Netwerk van KLM en partners schade toebrengt.
Maar de ontwikkelingen staan niet stil. Tot op Bonaire wordt meer en meer van de luchtvaart geprofiteerd. En niet alleen met de rechtstreekse verbindingen van KLM en ArkeFly, die de afstand tussen ons land en de West tot minder dan tien vlieguurtjes hebben bekort.
Intussen wordt op de eilanden, dank zij de luchtvaart, geld verdiend met het toerisme, één van de belangrijkste bronnen van inkomsten. En dankzij snelle luchtvracht-verbindingen staan ook onze pot pindakaas, chocolade hagelslag en chrysanten - om maar wat te noemen - in de Antillen dagelijks vers op tafel.
Op Bonaire zijn overheid en bedrijfsleven met gezamenlijk ondernemen nu een nieuwe uitdagende weg in geslagen. De Stuurgroep Bonaire International Airport legde het fundament voor de ontwikkeling van Flamingo Airport tot knooppunt in de Cariben, gericht op Latijns-Amerika, de Caribische regio en de Verenigde Staten. Maatschappijen in en buiten de regio hebben inmiddels hun belangstelling getoond, onder wie Delta Airlines en de Braziliaanse maatschappij GOL, die graag willen rekenen op een knooppunt in een politiek stabiele omgeving, waarvoor Bonaire in het roerige Cariben nog steeds staat.
Of het zal gaan lukken hangt af van tal van factoren. De partners in het project zijn, naast de lokale overheid met gezaghebber Edison Rijna, KLM, ArkeFly, Luchtverkeersleiding Nederland en ook een gezant van minister Ronald Plasterk van Koninkrijkszaken. Donderdag vond de eerste vergadering van de 'Stuurgroep BIA' plaats. Iedereen, zonder uitzondering, sprak positief over de veelbelovende plannen. Uitgezonderd enkele thuisblijvers, waaronder een directievertegenwoordiging van Schiphol, waar het recht op scepsis en het alleenrecht op luchthavenontwikkeling de laatste tijd wel heel duidelijk wordt geclaimd.
Een afvaardiging van Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Wilma Mansfeld, die steeds minder haar stempel op onze luchtvaart drukt, ontbrak eveneens. Haar ambtelijke luchtvaartgoeroe, voorvechter van de polderluchthaven Schiphol, voortbordurend en koersend op sterk verouderde data, zal het wel niet belangrijk genoeg hebben gevonden, dat initiatief op Bonaire. Lelystad krijgt, met vrijwel de hele luchtvaartsector tegen, wel de onvoorwaardelijke steun van deze ambtenaar en zijn staatssecretaris. Zelfs Mark Rutte en his masters voice Tweede Kamerlid Ton Elias staan sympathiek tegenover de luchtvaartgroei en -ontwikkelingen van het overbodige polderveldje.
In het avondzonnetje op Bonaire vroeg ik me daarom ook af - los van alle emotie - waarom Lelystad zonder noodzaak en steun van de luchtvaartsector wel en waarom Bonaire het tot nu toe zonder duidelijk uitgesproken steun van Nederland moet doen?
Waarom wordt hier met twee maten gemeten? En dat terwijl het luchthavenknooppunt op Bonaire de belastingbetaler geen geld hoeft te gaan kosten. Het wordt een project van gezamenlijk ondernemen van een faciliterende overheid en investerend bedrijfsleven. Dus ook met private investeerders. De zeker meer dan tweehonderd miljoen euro belastinggeld, dat door 'staatsbedrijf' Schiphol en de overheid wel heel gemakkelijk aan Lelystad wordt uitgegeven, staan daar tegenover in een schril contrast. Je kunt dat maar op één manier benoemen. GELDSMIJTERIJ.
Arnold Burlage
[email protected]