GENÈVE - Het passagiersvervoer in de mondiale luchtvaartsector is in juli licht hersteld, maar blijft op extreem lage niveaus vanwege de coronacrisis. Dit meldde brancheorganisatie IATA dinsdag. CEO Alexandre de Juniac merkte op dat de crisis onverminderd voelbaar was in juli.
"Grofweg vier op de vijf passagiers bleven thuis, waardoor de sector grotendeels verlamd blijft", aldus de topman. "Overheden die de grenzen weer opengooien om ze vervolgens weer te sluiten en nieuwe lockdown-maatregelen invoeren, geven veel consumenten geen reden om het vliegtuig in te stappen, noch geven ze voor luchtvaartmaatschappijen reden om de capaciteit te verhogen."
Het aantal gevlogen kilometers door betalende passagiers daalde in juli met 79,8 procent ten opzichte een jaar eerder. In juni was de krimp nog 86,6 procent. Vooral binnenlandse vluchten in Rusland en China wonnen aan populariteit, terwijl ook de vraag in het Schengen-gebied toenam. Andere internationale markten zagen geen noemenswaardige verbetering ten opzichte van een maand eerder, aldus IATA.
De capaciteit daalde met 70,1 procent en de bezettingsgraad zakte tot 57,9 procent, het laagste niveau ooit in juli.
In elke regio was sprake van krimp. In Afrika was deze krimp het sterkst met 93,7 procent en in Europa bedroeg de krimp 81,3 procent. In Noord-Amerika nam het passagiersvervoer af met 80,6 procent.
