DEN HAAG - Vanaf vandaag moeten de meeste vliegtuigpassagiers die naar Nederland komen, inclusief transfers, voor vertrek een PCR-test laten afnemen. Wie dat niet doet, of een positieve testuitslag heeft, mag niet mee. De test mag maximaal 72 uur oud zijn.
Het kabinet besloot vorige week tot de invoering van deze verplichting voor reizigers uit hoogrisicogebieden, om te voorkomen dat zij het virus meenemen. Omdat bijna heel de wereld nu een hoogrisicogebied is, moet bijna elke passagier een test doen.
Er zijn wel een aantal uitzonderingen: namelijk vluchten uit IJsland, de Nederlandse Antillen (behalve Curacao), Australië, Japan, Nieuw-Zeeland, Rwanda, Singapore, Zuid-Korea, Thailand en China.
De controle ligt in principe bij de luchtvaartmaatschappijen, maar er worden ook vliegende brigades op Schiphol ingezet om vluchten steekproefsgewijs te controleren.
Uitzonderingen
De testverplichting geldt eveneens voor passagiers die per boot, langeafstandstrein of langeafstandsbus naar Nederland komen. Regionale grensoverschrijdende verbindingen zijn uitgezonderd, net als mensen die met de auto, de fiets of te voet het land binnenkomen.
Door deze uitzonderingen kan het voor sommige Nederlanders interessant zijn om bijvoorbeeld naar Brussels Airport te vliegen en daar de auto naar Nederland te pakken. België verplicht namelijk niet op alle vluchten een PCR-test, maar alleen voor buitenlanders op vluchten uit zogeheten rode zones.
Het grootste deel van de wereld is een rode zone, maar onder meer Guadeloupe, Martinique, Corsica, delen van Noorwegen en Ierland zijn dat niet.
