Vier op de vijf luchtreizigers houdt bij het vliegen met een prijsvechter rekening met een uitgeklede dienstverlening. Dat blijkt uit een onderzoek van reisonderneming Expedia. Ruim driekwart van de ondervraagden gaf aan een matige dienstverlening te willen accepteren in ruil voor een goedkoper vliegticket.
Expedia liet het onderzoek uitvoeren onder 1.500 West-Europeanen uit vijf verschillende landen. Jongere reizigers bleken eerder geneigd comfort op te willen geven voor een lagere prijs dan de oudere passagier. Bovendien mag bij jongeren de vliegreis met een prijsvechter langer duren dan bij de gemiddelde oudere reiziger.
In totaal gaf 45 procent van de deelnemers aan het onderzoek aan dat een lowcost-airline een goed alternatief is voor een vliegreis van maximaal drie uur. Bij een reis van vijf uur daalde dat percentage tot 23 procent.
De afwezigheid van inflight entertainment aan boord van een prijsvechter is voor de meeste reizigers van weinig belang. Ongeveer 65 procent van de reizigers wil dat stukje comfort opgeven als dat voordelig uitpakt op de ticketprijs. Het meenemen van handbagage is voor de meeste passagiers wel van belang: slechts twaalf procent vindt dat goedkope maatschappijen aan dat privilege mogen tornen.
Het vliegen met een prijsvechter leent zich voor veel reizigers vooral voor een weekendje weg (78 procent). Bij een huwelijksreis denkt maar elf procent van de ondervraagden aan een lowcost-maatschappij.
Ryanair koos er eerder dit jaar voor om haar imago van een goedkope maatschappij met een matige dienstverlening op te vijzelen. Het Ierse bedrijf investeerde in klantenservice en zegt dat die koerswijziging vruchten afwerpt: in elk vliegtuig zitten gemiddeld zes passagiers meer dan vorig jaar. Die verbetering hangt deels samen met de betere klantenservice, aldus Ryanair.
