Grootgebruiker KLM dreigt knel te komen zitten doordat er weinig ruimte is om uit te breiden. In 2016 zette de luchtvaartmaatschappij nog een record van veertien nieuwe routes in de markt en ook dit jaar zijn er al dertien nieuwe vliegverbindingen aangekondigd.

“Tot nu toe konden we elk jaar groeien. Daarbij waren de afhankelijkheid van mensen, materieel en de businesscases de grootste factoren. Start- en landingsrechten waren nooit echt een issue. Doordat Schiphol aan zijn wettelijke grenzen zit worden we nu gedwongen om nog slimmer te denken, we moeten de schaarse capaciteit optimaliseren”, zegt Pieter Groeneveld, Vice President Network Planning, in een interview met Luchtvaartnieuws Magazine.

Minder vluchten
Om toch te kunnen groeien moet het aantal vluchten op bepaalde routes naar beneden. “We moeten onze bestemmingsportefeuille tegen het licht houden en kijken waar we kunnen spelen met frequenties. Misschien moeten we op sommige bestemmingen minder vliegen. In de weekends of ’s winters is dat op bepaalde routes een optie. De afgelopen jaren deden we dat overigens al; bepaalde zakensteden zijn in de weekends minder populair, waardoor capaciteit en slots vrijkwamen om elders in te zetten.”

Gebruik maken van regionale luchthavens, zoals Rotterdam The Hague Airport, ziet Groeneveld niet zitten. “In vroeger tijden zijn we actief geweest in de regio, maar Schiphol is de centrale netwerkschijf waar we al ons vervoer proberen te combineren. Daar past geen operatie vanaf regionale luchthavens bij, dat is geen optie.”

Grotere machines
Een optie voor luchtvaartmaatschappijen om de schaarse slotcapaciteit op Schiphol te optimaliseren is het inzetten van grotere toestellen, waardoor meer stoelen per vlucht beschikbaar komen. TUIfly doet dat deze zomer onder andere door een grote Airbus A340 van Surinam Airways te gebruik op zonvluchten binnen Europa.

Lees het uitgebreide interview met KLM over de netwerkstrategie in het februari-nummer van Luchtvaartnieuws Magazine. Bestel een los exemplaar of neem een abonnement.