“Wij opereren in een omgeving onder intense concurrentiedruk, maar onze resultaten blijven achter ten opzichte van onze concurrenten. Als we minder snel groeien dan de markt, dan verliezen we terrein. In 2017 bedroeg het bedrijfsresultaat van de Air France KLM Group 1,5 miljard euro. Dat is anderhalf keer zo veel vergeleken met 2016, maar het is nog steeds twee keer minder dan onze concurrenten."

De cijfers spreken boekdelen: het bedrijfsresultaat van IAG was in 2017 2,7 miljard euro, dat van de Lufthansa Group 2,9 miljard euro. Ondanks de verbeterde resultaten in 2017, blijft de operationele marge van Air France - bijna 4 procent in 2017 - ruim onder die van het Nederlandse zusterbedrijf en de grote Europese concurrenten: 9 procent voor KLM, 9 procent voor Lufthansa en 12 procent voor British Airways.

Janaillac wijst erop dat binnen Air France-KLM de operationele prestaties  moeten verbeteren ten behoeve van klanten. Daarnaast is optimalisatie van de kosten van de activiteiten belangrijk. “We moeten onze vloot beter benutten en onze processen verder vereenvoudigen door meer te digitaliseren. Ook moeten we meer synergievoordelen behalen bij de inkoop”, aldus de Fransman.

Focus op Transavia en Joon
In zijn toelichting op de cijfers benadrukt Janaillac dat er meer focus moet komen op de ontwikkeling van goedkopere dochterondernemingen, zoals dit is gedaan met de lancering van Joon en eerder al Transavia. “Dit is precies wat de andere grote Europese groepen doen: IAG met Iberia, Vueling, Level en Aer Lingus, en Lufthansa, met Brussels Airlines, Austrian, SWISS en Eurowings. Daarnaast zijn bijvoorbeeld alleen al tussen Parijs en New York vier prijsvechters actief. Hier moeten we tegen concurreren. KLM heeft er sinds kort er ook een concurrent bij op de route Amsterdam-New York in de vorm van Norwegian", aldus Janaillac.

Hij beklaagt zich er verder over dat de concurrentiekracht van het luchtvervoer in Frankrijk afwijkt van dat van de Europese buren. Volgens hem is er een concurrentiekloof tussen Frankrijk, Nederland en Duitsland en dat vertaalt zich in een aanzienlijk kostenverschil voor Air France. “Naast een hoger belastingniveau dan dat van onze concurrenten, met bijvoorbeeld de veiligheidsbelastingen en de solidariteitsbelasting - de belangrijkste oorzaak van ons tekort aan concurrentievermogen – moeten we in Frankrijk per medewerker een hoge sociale bijdrage betalen aan de Franse kas. Het is noodzakelijk dat de Franse staat positieve maatregelen neemt ten voordele van Franse luchtvaartmaatschappijen. De uitdaging van de aangekondigde privatisering van Aéroports de Paris is dat deze gepaard gaat met voorwaarden die ten minste een stabilisatie van het niveau van luchthavengelden garanderen”, aldus de scheidende topman.

Janaillac doet ook een oproep aan de Nederlandse regering om het belang van KLM voor Nederland voorop te stellen bij de ontwikkeling vanaf Schiphol. Bovendien moet Nederland volgens hem de concurrentiesfeer die gecreëerd is ten behoeve van het luchtvervoer behouden en geen nieuwe ‘milieubelasting’ invoeren vanaf 2021, zoals wordt overwogen.

Golfcarriers
In zijn speech staat Janaillac ook stil bij het feit dat de concurrentie met Golfcarriers op eerlijke voorwaarden moet worden gevoerd. “Dit betekent dat de lidstaten, inclusief Frankrijk, zich moeten onthouden van de uitgifte van nieuwe verkeersrechten aan deze vervoerders, zolang zij zich er niet toe verbinden om de Europese Unie te respecteren. De Europese Unie moet specifieke handelsbeschermingsinstrumenten invoeren voor luchtvervoer, om de oneerlijke concurrentie van door Golfstaten gesubsidieerde luchtvaartmaatschappijen te bestrijden”, besluit Janaillac.

Aandeelhouders
Aan het einde van de aandeelhoudersvergadering blijkt bij de rondvraag dat de aandeelhouders teleurgesteld zijn over het vertrek van Janaillac. Het leek er immers op dat zijn aanpakt effect sorteerde. Vragen van vooral de individuele aandeelhouders gingen onder meer over het toekennen van bonussen voor de top terwijl het personeel de nullijn moet houden, het al jaren niet uitkeren van dividend en waarom personeel zo voordelig mag reizen met de eigen maatschappij en de aandeelhouders niet.