GENÈVE - De wereldwijde luchtvaartmarkt verkeert nog steeds in een historische crisis, maar er gloort licht aan de horizon. In mei bleef het passagiersvervoer weliswaar 91,3 procent achter bij vorig jaar, maar in vergelijking met voorgaande maanden trekt de vraag naar tickets voorzichtig weer aan.
“Mei was niet zo beroerd als april, maar dat is dan ook het enige positieve dat er over te zeggen valt”, zegt IATA-topman Alexandre de Juniac. Zoals voorspeld laten vooral binnenlandse markten een kleine opleving zien; het internationale vliegverkeer lag in mei nog nagenoeg stil. “We staan pas aan het begin van herstel.”
Vooral het toenemende vliegverkeer in China trok de maandcijfers omhoog. In Europa lag het aantal passagiers in mei nog steeds 98,7 lager dan in dezelfde maand vorig jaar. Ten opzicht van april bedroeg de groei slechts 0,02 procent.
Naar verwachting zijn de cijfers over juni en juli rooskleuriger, aangezien steeds meer landen hun reisrestricties versoepelen en luchtvaartmaatschappijen de vluchtuitvoering geleidelijk hervatten.
Overigens was Qatar Airways in mei, net als in april, de grootste luchtvervoerder. De luchtvaartmaatschappij hield tijdens de coronacrisis een groot aantal verbindingen overeind.
