SCHIPHOL - De Nederlandse regionale luchthavens Rotterdam Airport, Groningen Airport en Eindhoven Airport nemen deel aan een proef, genaamd Power Up, waarmee ze binnen vijf jaar elektrische passagierslijnvluchten willen opstarten binnen Nederland. Dit moet de kennis en kunde opleveren om later met grotere toestellen en internationaal elektrisch te vliegen.
Aanvankelijk gaat het om vliegtuigen met plaats voor 4 tot 9 passagiers en een bereik van enkele honderden kilometers. Die gaan dan bijvoorbeeld Eindhoven en Groningen Airport met elkaar verbinden. De kosten kunnen concurrerend zijn met die van andere vervoersvormen, zo blijkt uit een inventarisatie van M3 Consultancy in opdracht van de luchthavens. De precieze invulling, zoals het exacte type vliegtuig en de partij die de vluchten gaat uitvoeren, wordt in een later stadium bekend.
Hoewel het om een kleinschalige proef gaat, is het idee erachter dat dit een opmaat kan zijn naar een groter en internationaal, fijnmazig netwerk van elektrische vliegverbindingen. Rotterdam Airport-directeur Ron Louwerse droomt bijvoorbeeld al van routes naar andere grote Europese havensteden. Momenteel zijn die er nog niet, maar juist door de kleinschaligheid van elektrisch vliegen in combinatie met de lage kosten zouden die in de toekomst wel levensvatbaar kunnen zijn.
De techniek voor elektrisch vliegen staat nog in de kinderschoenen, maar ontwikkelt zich snel, zoals ook bij elektrische auto’s het geval is. In de komende jaren komen er verschillende elektrische modellen op de markt, die naar verwachting steeds een stapje vooruit zullen zetten qua bereik en capaciteit. Dat hopen althans de initiatiefnemende luchthavens. Zij krijgen bij de proef ondersteuning van de Schiphol Group en het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR).
Is dit realistisch?
Luchtvaartnieuws Magazine sprak eerder met Leo Veldhuis, hoogleraar Vliegtuigprestaties en Voortstuwing aan de TU Delft, over de toekomst van elektrisch vliegen. Hij denkt dat het inderdaad mogelijk is om binnen vijf tot tien jaar elektrisch te vliegen op korte afstanden (maximaal 500 kilometer) en met een laag aantal passagiers (maximaal 19). Met veel grotere toestellen is dat niet realistisch, omdat ze dan zulke zware batterijen nodig hebben dat ze niet meer de lucht in komen.
Korte vluchten, tot 500 kilometer, veroorzaken maar 4 procent van de CO2-uitstoot van de luchtvaart, zo blijkt uit cijfers van Eurocontrol. Hoewel de CO2-besparing dus maar beperkt is als dit soort vluchten elektrisch worden uitgevoerd, spelen er volgens de initiatiefnemers van het Power Up-project ook andere motieven. Eén daarvan is het beter bereikbaar maken van de minder goed verbonden regio's. Een voorbeeld daarvan is de omgeving van Groningen Airport Eelde.
Bekijk hieronder een korte video over het project: